Maandelijks archief: mei 2013

Kleding van bamboe.

Bamboe is één van de snelst groeiende planten, vrijwel onuitroeibaar. Het is een zon- en waterminnende plant, beslist geen waterplant en groeit op vrijwel elke grondsoort. In tegenstelling tot katoenvelden, hoeft bamboe bij droogte niet beregend te worden. Bamboe kan dienen om erosie bij ontbossing te voorkomen en in de laaglandse tuinen is het een mooie sierplant. Er kunnen scheidingen en schuttingen, wandelstokken, hengels, bouwsteigers, meubels en nog veel meer zaken van worden gemaakt. Bamboescheuten kun je eten en van bamboe kan bier worden gebrouwen.
Voor de kledingindustrie kan bamboe al worden geoogst na één tot twee jaar. Bamboe kan voor verwerking tot pulp in de kledingindustrie wel vier tot zesmaal per jaar worden geoogst. Bij de kweek ervan zijn geen bestrijdingsmiddelen nodig, want bamboe maakt zelf een antibacteriële stof aan. Bamboe neemt tot 35% meer CO2 op dan bomen. Bamboe is sterk: een draad van bamboestof is sterker dan staaldraad.
PRODUCTIEPROCES.
Maar ook zeer bepalend in hoe duurzaam en schoon het uiteindelijke product is, is het proces van grondstof tot kleding. Dat kan heel goed milieuvriendelijk.

BamboeBAMBOE.

Bamboelinnen. Hierbij wordt het blad en de zachte kern van de bamboeplant vermalen en er worden natuurlijke enzymen aan toegevoegd om de bamboe af te breken tot een papperige massa. Dan kunnen de vezels er mechanisch worden uitgekamd en tot garen worden gesponnen. Eenzelfde milieuvriendelijk proces wordt toegepast in het productieproces van linnen en de verwerking van hennepvezels. Op deze wijze wordt maar weinig textiel gemaakt omdat het proces arbeidsintensief en dus kostbaar is.

Bamboeviscose:
Voor het maken van bamboeviscose of – rayon worden de bamboe bladeren en de zachte kern ook gekookt en opgelost. Vervolgens worden er nieuwe draden van gemaakt . Maar voor dát oplossen worden nog vaak agressieve chemicaliën gebruikt. Er wordt hard gewerkt aan meer milieuvriendelijke technieken.
Bamboe laat zich makkelijk verven, waardoor er weer minder chemicaliën en water nodig zijn dan bijvoorbeeld bij katoen. De omvangrijke katoenproductie is één van de meest vervuilende industrieën. De productie van bamboestoffen is dus nog niet perfect maar wel veel milieu-vriendelijker dan bij katoen en de uit aardolie verkregen nylon- of polyester kunststofvezels.

Bamboestof is licht, ziet er uit als zijde, is glad en soepel, voelt heerlijk zacht en koel aan. Het anti-allergische, anti-bacteriële materiaal is ademend: lichaamsvocht wordt doorgelaten waarbij ook de lichaamstemperatuur wordt geregeld. Tot mijn verbazing zijn er zelfs T-shirt, sokken, onderbroeken, enz van geweven. En die zaken ga ik nu allemaal dragen. Onder meer omdat de productie ervan vele malen duurzamer is dan zelfs ecologisch geproduceerde katoen, hennep of linnen.

Vertegenwoordigen volksvertegenwoordigers het volk wel?

De behandeling van veel voorstellen in de tweede kamer is voor toekijkend Nederland meestal een saai gebeuren. De meeste zetels zijn onbemenst. Alleen een handjevol kamerleden, de deskundigen op een speciaal gebied, zijn aanwezig. Er wordt gestemd in naam van de eigen fractie. De rest van de fractie hoeft niet aanwezig te zijn. Er wordt verondersteld dat die afwezigen het eens zijn met dat fractiestandpunt.

Nu is het wel zo dat ieder kamerlid gekozen is door kiezers, die het niet altijd eens zijn met wat de partij aan een kamerlid als standpunt toedenkt. Met andere woorden: een parlementariër is nooit voor 100% VOLKSVERTEGENWOORDIGER. Vaak genoeg gebeurt het, dat ook op een partij-bijeenkomst de standpunten over een bepaald onderwerp verschillend zijn.
Maar, de meningen naar eer en geweten van alle individuele kamerleden van eenzelfde fractie kunnen een afspiegeling zijn van die diversiteit op een partijcongres, die bij hun individuele kiezers en de rest van de maatschappij.

Nu is er de mogelijkheid tot HOOFDELIJKE STEMMING in de tweede kamer. Als daarom verzocht wordt. Omdat er alleen om verzocht zal worden bij een onwrikbaar meningverschil van ALLE KAMERLEDEN van een bepaalde fractie is zo’n hoofdelijke stemming in een enkel geval een raar fenomeen. Want het gaat dus alleen om de diversiteit in de fractie en niet persé om meningsverschillen bij alle partijleden, de mensen die deze kamerleden hebben gekozen en de meningen van de rest van de Nederlanders.

Wat nu meestal gebeurt is het opleggen van de mores van een organisatie aan vertegenwoordigers daarvan: DIT IS HET PARTIJ-STANDPUNT EN ZÓ MOET JIJ STEMMEN. Waarbij er bij een hoofdelijke stemming plotseling WEL meer mensen in de kamer verschijnen. Is bijvoorbeeld het merendeel van de Nederlandse bevolking van mening dat een politicus het werk slecht heeft gedaan en de biezen zal moeten pakken…..dan blijkt dat de alleen kamerleden van de coalitie deze persoon steunen en de aanwezige kamerleden van de oppositie dat omgekeerd niet doen.
En dat is nou precies wat er bij mij niet in wil. Want hoe kan het zijn dat zogenaamd IEDEREEN van de regeringsfracties en gedogende partijen, inclusief de complete achterban, er totaal ANDERS over denkt dan IEDEREEN van de oppositie inclusief de achterban daarvan. ABSOLUUT ONGELOOFWAARDIG.

Daarom lijkt het me een VEEL BETER systeem als er in de tweede kamer ALTIJD HOOFDELIJK wordt gestemd: naar eer en geweten van elk kamerlid die zich een vertegenwoordiger weet van zijn kiezers. En zo’n stemming kan tegenwoordig simpel geregeld worden door een druk-op-de-knop zoals bij een veiling. Want pas dan moeten alle volksvertegenwoordigers ook lijfelijk aanwezig zijn en vertegenwoordigen ze met elkaar het Nederlandse volk.

GELD ALS WATER: loodgieter *) nodig.

Toen het programma Brandpunt kortgeleden onthulde dat Bulgaarse en Poolse bendes grootscheeps frauderen met belastingtoeslagen als zorgtoeslag en kinderopvangtoeslag, barstte er een storm van verontwaardiging los. Ambtenaren van de rijksbelastingdienst zijn woedend op hun baas, staatssecretaris Weekers van Financiën. Ze zeggen, dat ze hem al een jaar geleden van de lekkage op de hoogte hebben gesteld en dat hij veel eerder had kunnen ingrijpen in deze miljoenenfraude.

Frans Weekers beweert nu, dat hij niets wist van de fraude en dat hij er pas kennis van kreeg door de uitzending op Brandpunt.
Volgens zijn zeggen nam hij daarna meteen maatregelen: ‘De mensen in de uitvoering zijn er onmiddellijk mee aan de slag gegaan. (…) Ik ben heel erg blij dat er twee verdachten zijn opgepakt.’
Vandaag dient Weekers zich in de tweede kamer te verantwoorden over het weglekken van zo’n 100 miljoen belastinggeld, zijn gebrek aan voorkennis en het slechte contact met zijn ambtenaren. Het is nog maar de vraag of de PvdA en de VVD hem de hand boven het hoofd blijven houden omdat zijn voeten al zo nat zijn geworden.

Ik denk dat meneer Weekers een wakkere loodgieter mistte. Een loodgieter? Ja, iemand die op afroep langskomt als er zoiets als belastinggeld weglekt. Die niet zoals Frans in paniek raakt en die resoluut de hoofdgeldkraan dichtdraait. Waarbij Frans met zijn ambtenaren de schade aan de geldstroom kon inventariseren en kon opdweilen. Waarna de kapotte leiding vakkundig en snel kon worden gerepareerd.

Wat nu gebeurde is dat, terwijl de staatssecretaris van de parasitaire fraude (de lekkage) wist, er niets werd ondernomen om die diefstal tegen te gaan en toen de leiding barstte, hij in paniek ontkende dat hij ervan wist. Misschien had Frans een jaar geleden tóch naar de waarschuwingen moeten luisteren en die eerder bekende loodgieter moeten bellen i.p.v de lekkende geldstroom op zijn beloop te laten en te riskeren dat hij met de afgetapte geldstroom zal worden weggespoeld. Want bij een mogelijke strop van 4 miljard verlies aan belastinginkomsten naast steeds zwaarder wegende bezuinigingsmaatregelen is het duidelijk dat er nu een stuk leiding moet worden vernieuwd. En nóg zo’n stuk vanwege het niet tijdig erkennen en repareren van 4 miljard té hoge ziekenhuisdeclaraties. In Nederland zijn er zo’n 13 miljoen zorgpremie-betalers en die zijn dus door deze fraudes elk voor zo’n 300 euro gedupeerd. Je kunt de lethargie van Weekers vergelijken met iemand die aanmaningen een jaar lang ongeopend in de afvalbak gooit: het is er niet, dus het probleem bestaat ook niet. En nu? KOP IN HET ZAND, dan hoor je de herrie van dertien miljoen benadeelden ook niet.

*) zeg maar BELASTINGFRAUDE-BESTRIJDINGS-COÖRDINATOR.

Noordzee > e < Wadden-stroom

Soms draaien ’s nachts mijn gedachten zó heftig door dat ik slaap tekort kom. Dat is op zich niet erg want sinds lang ben ik een gepensioneerd en overdag is er meestal wel een uiltje te knappen.

En zo bedacht ik vannacht (niet geremd door enige vakkennis) een uniek plan, uitgaande van de misvatting rondom anno 1215 van kloosterlingen uit Almenum en hun navolgers. In dat tijdsgewricht bemoeiden de kerken zich met alles en nog wat. Zo lieten de monniken sloten, kanalen graven om het overvloedige regen- en rivierwater zeewaarts af te leiden. Maar ook om bereikbaar te zijn voor handelsschepen. Korte tijd daarna, bij de zoveelste stormvloed bleek het dat de zee via die nieuwe kanalen vrij spel kreeg tot ver in het binnenland, waarbij landerijen, huizen en complete dorpen meegesleurd werden: bij stormvloed eerst landinwaarts en daarna zeewaarts.

Het viel me op, dat –een bij uitstek zeewaardig- Nederland NIETS doet met het hoogteverschil tussen eb en vloed: een beschamend WATERMISMANAGEMENT. En tóch ligt daar de Waddenzee die bij eb zich ontlast in de Noordzee. Twee keer per dag stroomt een ongelooflijke hoeveelheid water de Waddenzee binnen. Zes uur later, bij eb, stroomt die hele zee weer leeg. Dat gebeurt dag in dag uit, jaar na jaar, eeuw na eeuw. Hoeveel elektriciteit zou die heen-en-weer-Wadwaterstroom kunnen opleveren? Nu is het lastig en om allerlei redenen onwenselijk om de stroomgaten tussen bv de Friese eilanden te kanaliseren.

Maar wat WEL zou kunnen is om bv dwars door Ameland zo’n zeewaterstroomkanaal te maken. Tenminste….als de ambtelijke molens eens versneld gaan draaien. Een afgedekt kanaal ( eiland-stroom 2018), stel ik me voor. De hele dag door ontstaat in dat kanaal, straat of goot stroming, wisselend van sterkte en richting. Stroming voor stroom: vrijwel gratis en supersnel aan te brengen. Met een voorspelbaar rendement van 80% ( twee keer zoveel als bij windenergie). En misschien een afdekking van zonnepanelen op de stroomslenk en hier en daar een water/wind-molen voor extra ondersteuning. Best een goede gedachte….. of niet dan?

Nes-slenk

-Een VOORSPELBARE stroomproductie: Elke dag, gedurende alle houdbaarheidsjaren, met een top om de 6 uren, met een dip om de 6 uren. Goedkoop, geen CO2-uitstoot, geen fijnstof, geen lawaai, geen gesleep met biomassa, geen risico voor straling, bodemdaling, aardbevingen, drinkwaterverontreiniging…..En misschien een gezonde combinatie met zonne- en windenergie. Nu gaan deze nachtelijke gedachten waarschijnlijk botsen met overdagelijke als: WAT KOST DAT DAN en worden visjes en zeehonden niet de stroomgeul ingezogen en raken daarin gekwetst,gewond of gedood? Of: veroorzaakt de stroming uit en in de stroomgeul in het Wad het openhouden of juist het dichtslibben van een vaargeul? Vertel het me maar:

8 juli 2013: Spaanse onderzoeker hebben een prototype ontwikkeld dat oceaanstromingen in diepe wateren om kan zetten in energie. Oceaanstromingen worden al tijden gezien als een veelbelovende bron van hernieuwbare energie. Maar de technieken om stromingen te benutten om energie op te wekken staan echter nog in de kinderschoenen. Dat kon wel eens veranderen.

Sept’2013. De Nederlandse energieproducenten hebben last van het Duitse succes in de opwekking van schone stroom uit wind en zon. Daar is een overproductie waarbij de leveringsprijs daalt naar nul.
Maar de productie is onregelmatig en spoort vaak niet met de behoefte aan stroom. Er is dus regulatie nodig, buffering.

Uit 1980 dateert het idee van Ir. lievense dat het wel handig zou zijn om een water-bekken in zee aan te leggen: een meer dat wordt volgepompt bij veel wind en wat voor stroomopwekking mag leeglopen bij geen of weinig wind. Nou daarvan is het rendement dus sowieso minder dan nul, want zo’n meer moet 30 meter hoog worden omdijkt en dat is nogal kostbaar in aanleg en onderhoud. Misschien moet er dus ook maar eens worden gekeken naar bekkens die er al zijn: een fjord, een IJsselmeer, een Lauwersmeer, een Waddenzee. Maar stromend water is grillig. Het blijkt dat de onderzijde van zo’n omringzeedijk op de duur wordt onderwoeld. En dan hebben we het over communicerende vaten: de hoge, gewichtige watermassa stroomt onderlangs terug in zee zonder dat er stroom wordt opgewekt.

En zo keren mijn gedachten terug naar de Wadstroomgoot. Bij de uitmonding daarvan in het Wad zou je ook een windstroommeer kunnen aanleggen. Met als voordeel een GEREGULEERDE lozing van het zeewater van de vloed plus dat van windmolenpompen. Maar als nadeel de aantasting van ’s werelds erfgoed plus het feit dat de rest van de Waddenzee dan niet meer gratis beschikbaar is voor terugvloei door de stroomgoot.

DE POT OP

Urine, ook die van de mens, bevat waardevolle meststoffen. Naast zout (NACL), waar de meeste landplanten niet van houden, bevat de plas stikstof en fosfaten. Vroeger werd in de NederLanden urine gebruikt om leer te looien en wol te wassen. Tilburgers worden naar dat gebruik KRUIKENZEIKERS genoemd.
In Afrika zijn serieuze projecten opgezet om landbouwgrond met menselijke urine te bemesten. Van de westerse landen is men in Zweden en Finland het verst gevorderd met het opvangen van de plas en het gebruik ervan als meststof.
In Nederland is het niet toegestaan urine te gebruikende in de reguliere landbouw. Al sinds 2005 zijn er experimenten gestart. In Wageningen zou worden onderzocht hoe het wél is toe te passen. De resultaten van die proef heb ik niet kunnen achterhalen.

TILBURG. In 2011 is een proef gedaan, waarbij urine, die op grote Tilburgse evenementen rijkelijk pleegt te stromen, werd opgevangen en door een piesplasverwerkingsbedrijf werd omgezet in kunstmest en energie. Het BAT (Brabants Afval Team) heeft deze kermis ongeveer 33.000 liter urine verwijderd uit de plaskruizen en urinoirs. De opper-BATMAN van het recyclingsbedrijf ziet een groeimarkt voor het recyclen van urine; de droge kunstmest kan worden doorverkocht. De resultaten ervan heb ik niet kunnen vinden.
Tja, het is lekker vissen in de subsidievetpotten: http://www.daaromgroningen.nl/themas/energie/nieuws/gronings-waterschap-wil-stroom-opwekken-uit-rioolwater.

LEEUWARDEN 2013 – Ook in Friesland komt urine nu in beeld als onuitputtelijke bron van energie: GELE STROOM UIT DE PIESPOT. Na een proef in Veendam, start binnenkort een nieuwe pot-pilot in Leeuwarden. De proef begint over twee weken bij het waterschap in de Friese hoofdstad. De plas van 280 (mannelijke) medewerkers wordt opgevangen via urinoirs. In een laboratorium worden vervolgens fosfaat en stikstof uit de plas gehaald en via een brandstofcel omgezet in elektriciteit. De PIESPOTTEN van het Friese waterschap zijn dagelijks goed voor acht kilowatt uur stroom, zo is de verwachting. Eén van de in Friesland aanwezige elektrische auto’s zou daar maar liefst vijftig kilometer op verder kunnen komen. Dat hangt er natuurlijk ook vanaf hoe HARD DAT WATER is.
De proef duurt naar verwachting een jaar of zo. De resultaten daarvan zal ik waarschijnlijk ook niet kunnen vinden.

Het naadje van deze plaskous hoeven we niet te weten. Want je kunt er vergif op innemen, dat deze pies-pilots in Wageningen, Tilburg, Veendam of Leeuwarden stromen subsidiegeld kostten en kosten. En dat die subsidiepot anno 2013 al aardig leeg is. Té leeg voor goed onderzoek en efficiënt gebruik van zowel financiën als menselijke plus dierlijke urine als bron voor meststoffen en energie. Want er is nog die enorme koeienpiesplas. Sinds het grootschalige gebruik van kunstmest (vervoerkosten, energieverslindende producties) is de oorspronkelijke benutting van stalmest en gier strikt gereguleerd. Maar bij deze experimentele invulling van mogelijke toepassingsmogelijkheden zouden de WETSUS-geleerden zich tóch eens achter de kurkdroge oortjes moeten krabben. Over kurkdroogheid gesproken: deze maand pas is toegestaan om bij droogte weer drijfmest te gebruiken. Want zonder die nattigheid verstuift de droge mest.

Het kwam me al een tijdlang een tikkie on-zinnig voor als in de toekomst een drijfmestoverschot (met veel energiekosten) eerst ontzout en ontwaterd moet worden om ervan droge meststof te fabriceren en om er later weer water aan toe te moeten voegen. Of om naast de zoute urineplas een tank drinkwater te tanken om dan het potentiaalverschil ertussen te gebruiken om elektriciteit op te wekken. Lijkt me toçh handiger om zoutminnende planten te kweken met hulp van vloeibare meststof plus (voor verdunning) het hier overvloedige slootwater. Hoewel…een ondergrondse Yellow Urine-River vanaf de Friese rundveestallen met bovenliggende oplaadpunten voor een 100% dekkend electrisch vervoer en huishoudelijke e-stroom is ook geen slecht idee. Dan kunnen de pilot-subsidiepiespotten tenminste definitief naar de kringloop.